De artikels 460 en 708 dienen om automatisch een verkoop te genereren die een boekhoudkundig document genereert dat het omzetcijfer vermindert via een debetrekening ten opzichte van de klanten 460. Deze verkoop zal dus een nulverkoop zijn in Mercator. Het boekhoudkundig schema ziet er als volgt uit:
400000 klant: 0 D
708000 korting in de vorm van een getrouwheidskaart: 100 D
451000 Te betalen btw (maar hier terug te vorderen): 21 D
460000: uitgegeven aankoopbonnen: 121 C
Op "rekenkundig" boekhoudkundig vlak is dit helemaal correct.
Op "filosofisch" boekhoudkundig vlak is er geen unanimiteit. Heel wat accountants geven er de voorkeur aan om aankoopbonnen te verwerken op het ogenblik dat ze ook effectief binnenkomen. Er moet dus een akkoord zijn met de boekhouder.
De getrouwheidskaart is het rapport LoyaltyCard.repx.
De getrouwheidskaart wordt afgedrukt via de ticketprinter. Dat is beslist de reden waarom u niets anders hebt opgemerkt dan het resetten van de getrouwheidskaart op nul.
Ik ben nog steeds een demo, SQL-versie, aan het voorbereiden voor het gebruik van de getrouwheidskaarten.
- Ligt de lay-out van de getrouwheidskaart definitief vast? Moet het bestand steeds de naam fidel.frx hebben?
- In de opties vindt men "artikel getrouwheidskaart 460" en "artikel getrouwheidskaart 708" terug. Ik begrijp wel dat dit dient om automatisch een verkoopdocument te genereren. Maar waarom zijn er twee artikels, en wat betekenen "460" en "708"?
- Ik heb geen uitleg teruggevonden over de eindprocedure voor de kaart: we registreren de 10e verkoop. En wat gebeurt er dan? Ik heb dit getest, maar Mercator heeft mijn getrouwheidskaart gewoon gereset op nul. Niets anders.