Algemene informatie over de modules

De modules zijn programmacodes die op verschillende plaatsen in Mercator kunnen worden toegevoegd om de werking ervan heel doelgericht te kunnen aanpassen volgens de eigen wensen. Deze modules komen voor in de vorm van 2 bestandstypes:

• PRG-bestanden: tekstbestanden bestaande uit een opeenvolging van Xbase-commando's (compatibel met Dbase, Clipper, ...). Deze commando's worden sequentieel uitgevoerd, m.a.w.: men kan geen gebruik maken van blokstructuren zoals if ... endif, do while ... enddo, for ... endfor, ...
• FXP-bestanden: dit bestandstype komt overeen met het resultaat van een compilatie van een PRG-broncode.

In Mercator kunnen verschillende soorten modules worden toegevoegd.

• Modules die toegankelijk zijn via "Tools / Modules": in de DATA-subdirectory van Mercator geplaatste FXP-bestanden. Deze modules worden automatisch in het menu "Tools / Modules" geïnstalleerd en moeten in een "gecompileerd" formaat zijn.
• Modules die opgeroepen worden via een functietoets: een module op maat kan worden geactiveerd via een functietoets (cfr. 0000000120f.html). De string moet de volgende vorm hebben: DO 'MON FICHIER.PRG' of DO 'MON FICHIER.FXP'.
• Startmodule: Mercator detecteert automatisch de aanwezigheid van de module AUTOEXEC.PRG of AUTOEXEC.FXP in de hoofddirectory van Mercator. Als één van deze bestanden wordt gevonden, wordt het uitgevoerd bij de opstart van de applicatie, na het openen van de tabellen. (Minimaal versie 4.1)
• Module na invoer van gebruikerscode: Mercator detecteert automatisch de aanwezigheid van de module LOGIN.PRG of LOGIN.FXP in de hoofddirectory van Mercator. Als één van deze bestanden wordt gevonden, wordt het uitgevoerd na elke invoer van de gebruikerscode. (Minimaal versie 5.0)
• Afsluitmodule:
  • In Mercator kunt u het afsluiten van Mercator controleren, en eventueel verrichtingen in een module activeren. Daartoe moet u een bestand BLOCK_QUIT.FXP dat werd gecompileerd op basis van BLOCK_QUIT.PRG, in de hoofddirectory van Mercator plaatsen. Deze module moet ingesteld zijn op true (.T.) om de afsluiting van Mercator te blokkeren, op false (.F.) om de afsluiting van Mercator toe te laten.
  • Mercator detecteert automatisch de aanwezigheid van de module AUTOCLOSE.PRG of AUTOCLOSE.FXP in de hoofddirectory van Mercator. Als één van deze bestanden wordt gevonden, wordt het uitgevoerd bij het afsluiten van Mercator. (Minimaal versie 7.2)
• Module voor inventarisvalidatie: Mercator detecteert automatisch de aanwezigheid van de module MODUL_INVENT.FXP in de hoofddirectory van Mercator. Als dit bestand wordt gevonden, wordt het gebruikt bij het valideren van een inventaris. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien de inventaris gevalideerd kan worden, en false (.F.) als dat niet zo is.
• Module voor validatie van een transfer tussen depots: Mercator detecteert automatisch de aanwezigheid van de module MODUL_TRANSF.FXP in de hoofddirectory van Mercator. Als dit bestand wordt gevonden, wordt het gebruikt bij het valideren van een transfer tussen depots. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien de overdracht gevalideerd kan worden, en false (.F.) als dat niet zo is.
• Module voor validatie van herbevoorrading: Mercator detecteert automatisch de aanwezigheid van de module VALID_REAPPRO.FXP in de hoofddirectory van Mercator. Als dit bestand wordt gevonden, wordt het gebruikt bij het valideren van een herbevoorrading. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien de overdracht gevalideerd kan worden, en false (.F.) als dat niet zo is. (Minimaal versie 6.0)
• Modules gelinkt aan de sequenties toegankelijk via "Tools / Sequenties / Modules" :
  • PRG/FXP oproep derden: via deze optie kan een module worden geselecteerd die geactiveerd wordt telkens als een klant een verkoopdocument of als een leverancier een aankoopdocument oproept. (minimaal versie 4.3.73) (zie voorbeeld 0000000782.html )
  • FXP voorafgaande verwerking sleutel: in de verkoop- of aankoopdocumenten van het commercieel beheer kan via deze module de sleutel worden gewijzigd die door de gebruiker moet worden ingevoerd om een artikel op te zoeken. U vindt meer informatie op deze pagina.
  • PRG/FXP voor herberekening regel: via deze optie kan een module worden geselecteerd die geactiveerd wordt bij elke wijziging in een documentregel, voorafgaand aan de herberekening van de kolom "Totaal".
  • FXP validatie artikel: via deze optie kan een FXP-compilatiemodule worden geselecteerd. De naam van deze module mag geen spaties bevatten. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien het artikel op de actuele regel kan worden ingevoerd, en false (.F.) als dat niet zo is. Via deze optie kan men eigen criteriaparameters instellen om de selectie van een artikel in een verkoop- of aankoopdocument al dan niet toe te staan. (Minimaal versie 4.1)
  • PRG/FXP na herberekening regel: via deze optie kan een module worden geselecteerd die geactiveerd wordt bij elke wijziging in een documentregel, na de herberekening van de kolom "Totaal".
  • FXP controle omvorming: via deze optie kan een FXP-compilatiemodule worden geselecteerd. De naam van deze module mag geen spaties bevatten. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert als het document naar een volgend stadium kan worden omgevormd, en false (.F.) als dat niet zo is. Via deze optie kan men eigen criteriaparameters instellen om de omvorming van een document al dan niet toe te staan (bv. bestelling omvormen naar levering).
  • PRG/FXP na omvorming: deze module wordt uitgevoerd na de omvorming van een document naar een later stadium.
  • FXP controle validatie: via deze optie kan een FXP-compilatiemodule worden geselecteerd. De naam van deze module mag geen spaties bevatten. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien het document gevalideerd kan worden, en false (.F.) als dat niet zo is. Via deze optie kan men eigen criteriaparameters instellen om de validatie van een document al dan niet toe te staan.
  • FXP controle betaling: deze optie laat toe om gepersonaliseerde criteria in te stellen voor het al dan niet toelaten van een betaling. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert als de betaling aanvaard wordt, en false (.F.) als dat niet zo is.
  • PRG/FXP voor validatie document: via deze optie kan een module (PRG of FXP) worden geselecteerd die uitgevoerd moet worden bij elke totale herberekening van het document, bij de start van deze procedure.
  • PRG/FXP na validatie document: via deze optie kan een module (PRG of FXP) worden geselecteerd die uitgevoerd moet worden bij elke totale herberekening van het document, aan het eind van deze procedure.
  • PRG/FXP voor afdruk document : deze module (beschikbaar vanaf versie 8.0) wordt uitgevoerd voor de afdruk van het document (gebruiksvoorbeeld).
  • PRG/FXP na afdruk document: deze module wordt uitgevoerd na de afdruk van het document, aan het eind van deze procedure.
• Modules gelinkt aan de sequentieroosters : naast het instellen van parameters voor het invoerrooster is het in Mercator (minimaal 4.3) ook mogelijk om een module te activeren die gelinkt is aan dit invoerrooster. De boeking van deze module gebeurt in de parametermodus van het sequentierooster nadat men geklikt heeft op de 'ad hoc'-knop. De modules worden opgeslagen in de gegevensdirectory van Mercator en krijgen de volgende naam:_ + naam van de sequentie + PRG-extensie. (voorbeeld 1 voorbeeld 2 voorbeeld 3 voorbeeld 4 voorbeeld 5)
• Validatiemodules in de informatiebestanden: Mercator (minimaal 4.1.60) detecteert automatisch de aanwezigheid van de bestanden CLI_VALID.FXP, FOU_VALID.FXP, STOCK_VALID.FXP, PROJ_VALID.FXP, ... Bij het valideren van een wijziging in het overeenstemmende informatiebestand controleert Mercator of dit bestand aanwezig is, en voert het desgevallend ook uit. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien de wijziging opgeslagen kan worden, en false (.F.) als dat niet zo is. Opgelet: deze modules kunnen in geen geval de waarde van de identificatiecode wijzigen (C_ID, F_ID, ...) We raden af om in deze modules waarden te gebruiken die overeenstemmen met de velden uit de onderliggende tabel; men gebruikt best de geheugenvariabelen (m.C_NOM, m.S_MODELE, ... en niet CLI.C_NOM, STOCK.S_MODELE). (zie voorbeeld 0000000674.html )
• Validatiemodules in de kasstortingen en de bankafgiftes: Mercator (minimaal 4.2) detecteert automatisch de aanwezigheid van de bestanden MODUL_DEPOT.FXP en/of MODUL_BANK.FXP. Bij het valideren van een kasstorting of een bankafgifte controleert Mercator of het overeenstemmende bestand aanwezig is, en voert het desgevallend ook uit. Deze module moet een functie zijn die als resultaat true (.T.) oplevert indien de beweging opgeslagen kan worden, en false (.F.) als dat niet zo is.
• Modules gelinkt aan de historiekroosters klanten, leveranciers en productie: Mercator (minimaal 4.3) detecteert automatisch de aanwezigheid van de bestanden HISTCLI.PRG, HISTFOU.PRG, HISTPROD.PRG en HISTCPTA.PRG in de hoofddirectory van Mercator. (voorbeeld 1)
• Modules gelinkt aan de diverse roosters in de informatiebestanden: Mercator (minimaal 4.3) detecteert automatisch de aanwezigheid van de volgende bestanden in de hoofddirectory van Mercator:
  • CLI_TARCLI.PRG voor het speciale tarief in de fiche "Klanten" (voorbeeld)
  • CLI_HIST.PRG: voor de historiek in de fiche "Klanten" (voorbeeld)
  • FOU_HIST.PRG: voor de historiek in de fiche "Leveranciers"
  • STOCK_INTERRO.PRG: voor opzoekingen in de fiche "Artikels"
  • STOCK_DISPO.PRG: voor de beschikbare hoeveelheid in de fiche "Artikels"
  • STOCK_ARTLIENS.PRG: voor de gelinkte artikels in de fiche "Artikels" (voorbeeld)
  • STOCK_ARTFOU.PRG: voor de "Leveranciers"-link in de fiche "Artikels" (voorbeeld)
  • STOCK_ARTLOT.PRG: voor het rooster van de loten
  • STOCK_ARTLOT2.PRG: voor het rooster van de loten in de documenten
  • STOCK_GAM1 STOCK_GAM2 STOCK_GAM3: voor de 3 roosters van het invoervenster van de artikels in het gamma
  • DEST_HIST.PRG: voor de historiek in het 4e informatiebestand
  • PROJ_HIST.PRG: voor de historiek in de fiche "Projecten"
  • PROJ_INTERRO.PRG: voor opzoekingen in de fiche "Projecten"
  • TACT_HIST.PRG: voor de historiek in de fiche "Contacten"
  • TACT_SIG.PRG: voor de links in de fiche "Contacten"
• Modules gelinkt aan de diverse roosters in bepaalde schermen van Mercator: Mercator (minimaal 4.3.80) detecteert automatisch de aanwezigheid van de volgende bestanden in de hoofddirectory van Mercator:
  • REAPPROV.PRG voor de herbevoorrading
  • TRANSF_DEP.PRG voor de transfer tussen depots
  • INVENT.PRG voor de inventaris
  • REMISES.PRG voor de kortingen (saldi & promoties)
  • LETTRAGE.PRG voor het scherm van de afpuntingen
  • AUTO_LIVR_V.PRG voor de levering van de klantenorders
  • AUTO_FACT_V.PRG voor de facturaties van de klantenleveringen
  • AUTO_FACT_A.PRG voor de facturaties van de leveranciersleveringen
• Menumodule: Mercator (minimaal 4.3) detecteert automatisch de aanwezigheid van het bestand MENU.PRG of MENU.FXP. Dit bestand wordt uitgevoerd bij het initialiseren of herinitialiseren van de menubalk. Op die manier kan deze balk worden aangepast volgens de persoonlijke voorkeur. (voorbeeld)

Belangrijke opmerking: de auteur van deze modules draagt er ook de volle verantwoordelijkheid voor. Mercator voert geen enkele controle uit over de relevantie van de uitgevoerde code. INEO wijst dan ook elke aansprakelijkheid van de hand in geval van schade aan de databank veroorzaakt door een onaangepaste op maat gemaakte module. De werking van de modules uit deze rubriek wordt enkel gegarandeerd als gebruik wordt gemaakt van de laatste Mercator.exe-versie.

Ter informatie: het is mogelijk om in Mercator een PRG-bestand te compileren en zo een FXP-bestand te creëren. Het volstaat daartoe via "Tools / Prompt Fox" een commando uit te voeren van het type compile 'mon_fichier.prg'.